Als we 's ochtends wakker worden in Montreal is het weer compleet omgeslagen. Van 23 graden naar een graad of 12 met een flinke bak regen. Het lijkt alsof ons geluk met het weer erop zit. Gelukkig hebben we een reisdag voor de boeg, naar Ville de Quebec. De rit is door het vieze weer niet noemenswaardig, het blijft maar gieten. Na een dag, die als een eeuwigheid aanvoelde, komen we aan bij onze Gite (B&B) in Lac Beauford, net boven Quebec. De Gite wordt gerund door een leuk echtpaar dat ons welkom heet, Mario en Richard. Het is onze eerste, en enige B&B tijdens de reis. Mario leidt ons rond en geeft uitvoerig uitleg. Het bevalt ons meteen prima.
Het enige uitje van de dag, het regent nog steeds, is naar een restaurant in de buurt. Verder maken we er een relax dagje van zodat we de volgende dag weer met goede moed er tegenaan kunnen.
Gelukkig is het weer de volgende dag een stuk beter, al is het wel kouder dan we gewend zijn. Na een ontbijtje bereid door Mario vertrekken we richting de stad. Ville de Quebec is de oudste stad van Noord-Amerika die nog geheel ommuurd is. We beginnen met een stukje van de wandeling over deze stadsmuur. We komen langs de Plains of Abraham waar in 1759 een grote veldslag plaatsvond tussen de Fransen en de Britten (de Britten wonnen). Het ziet er nu idyllisch uit met alleen de oude kanonnen als stille getuigen.
Vervolgens dalen we af naar het oude centrum van Quebec. Het centrum bestaat uit 2 delen; het hoge deel met het bekende hotel Frontenac en het lage deel genaamd Petit Champlain met allemaal kleine straatjes met kinderkopjes. Vanaf het hoge deel heb je een mooi uitzicht over de haven en het stuk Quebec dat aan de andere kant van de rivier St Lawrence ligt. Je kunt van het hoge deel naar het lage deel komen door middel van een soort treintje maar we besluiten de trappen te nemen en op de terugweg het treintje.
Het was ons al opgevallen dat het erg toeristisch is maar in Petit Champlain is het net een mierennest, zo druk. Dit doet wel wat af aan de ervaring want het is echt wel heel pittoresk. Het is ook best klein dus na een paar keer heen en weer lopen heb je alles wel gezien. We besluiten het treintje naar boven te nemen maar dat is helaas cash only en we hebben het cashgeld in de auto laten liggen. Dan maar weer de trappen op, toch een stuk zwaarder dan naar beneden!
De waterval zien we al liggen vanaf de snelweg, maar we willen het toch van dichtbij bekijken. Entree is 12 dollar, wel wat aan de hoge kant maar ach, het is vakantie. Als we echter geparkeerd hebben blijkt de gondel naar boven ook nog eens 13 dollar per persoon te zijn. Een echte tourist trap... Nu ben ik absoluut geen fan van dit vervoersmiddel, door hoogtevrees, maar ik vind het ook zo zonde om nu op te geven. We betalen dus en gaan naar boven.
De waterval, 30 meter hoger dan de Niagara Falls, is absoluut mooi maar eigenlijk dit geld niet waard. Van bovenaf kun je het namelijk helemaal niet zo goed zien. We gaan daarom al vrij snel weer naar beneden om de val van onderaf te bekijken. Zonde van het geld eigenlijk. Vooral als we er later achter komen dat je ook gewoon boven gratis kunt parkeren... Hadden we de Lonely Planet er toch maar op nageslagen!
Dan is het de volgende dag tijd om Canada te verlaten, op naar de VS! Er rest ons nog een stop bij Notre-Dame-des-Pins waar de grootste covered bridge van de provincie Quebec te vinden is en de één na grootste van Canada. We wisten helemaal niet dat hier ook covered bridges waren dus dit is een leuke verrassing! De brug van bijna 150 meter lang is ietwat vervallen en inmiddels ook gesloten voor verkeer, maar toch leuk om te zien.
Door naar de VS waar een van de leukste locaties van onze reis blijkt te zijn. We slapen in een hotel in Rockwood bij Moosehead Lake. De omgeving is fantastisch, pal aan het meer en bijna niemand te bekennen. Op twee andere gasten na blijken we het hele hotel voor onszelf te hebben! Gelukkig is er wel een bar waar mensen uit de omgeving ook komen dus er is genoeg reuring. Zo ontmoeten we Greg en Wanda die ons uitnodigen om met ons een spel te spelen genaamd cribbage. We snappen er eerst weinig van, maar nadat ze het ons uitleggen krijgen we de smaak te pakken. Leuk spel! Later op de avond ontmoeten we andere locals waar we de avond, al pumpkin beer drinkend, mee doorbrengen. Onder hen is Teddy, een golden retriever die exact op Willow lijkt. We zijn meteen vriendinnen! Contact maken met Amerikanen is niet moeilijk blijkt maar weer. We eten ook in het hotel dus we maken er weer echt een relax dagje van.
Na de volgende dag eerst rustig in het hotel ontbeten en gechilled te hebben besluiten we toch maar eens wat te gaan doen. Als eerste staat Lily Bay State Park op het programma. Dit park blijkt ietwat saai te zijn, het uitzicht vanuit ons hotel is eigenlijk mooier. Daarna rijden we door naar Kokadjo omdat je hier blijkbaar goed moose kunt spotten. Het stadje is bekend om de slogan "population: not many". Dit klopt inderdaad want op 4 huizen en een winkel/restaurant na is er echt niks te vinden. Ook vinden we er helaas geen moose. Wel kopen we hier een eigen cribbage spel, was er toch nog iets te vinden in Kokadjo!
Door naar Lazy Tom Bog, een verzamelplek voor moose. Eerder was ons al verteld door jagers dat de kans dat we moose zouden vinden erg klein is omdat het jachtseizoen is begonnen en de moose dus of al neergeschoten zijn of zich schuil houden. Het eerste blijkt waar als we een truck voorbij zien rijden met achterin een dode moose. Missie levende moose vinden is dus mislukt...
We gaan weer terug naar het hotel voor een paar potjes cribbage en meer dan een paar pumpkin beer. We vinden het jammer dat we alweer de volgende dag weg moeten, hier hadden we nog wel langer kunnen blijven!
Reacties
Een reactie posten