Doorgaan naar hoofdcontent

Eat, pray, love

Na het idyllische noordwest Bali trekken we verder naar een van de populairste bestemmingen: Ubud. We vragen onze chauffeur om op de route van Munduk naar Ubud op mooie plekken te stoppen. De route zelf is al adembenemend mooi met links en rechts uitgestrekte rijstvelden en nauwelijks bebouwing. Heel wat anders dan Java!

We stoppen op een uitkijkpunt precies tussen Lake Tamblingan en Lake Buyan. Een prachtig wijds uitzicht over deze 2 meren. We worden ook nog aangesproken door een man of we misschien een vleermuis of een leguaan vast willen houden, nou nee liever niet! Maar ik maak er stiekem wel even een foto van, het is wel een bizar gezicht om zulke grote vleermuizen in het daglicht te zien hangen.
 De volgende stop is minder interessant. We stoppen bij Lake Beratan waar een mooie tempel ligt maar die is nauwelijks te zien vanaf de plek waar de chauffeur is gaan staan. We gaan dus maar snel verder naar Ubud.

Ubud, het spirituele hart van Bali wat volgens anderen fantastisch zou zijn, maakt niet meteen indruk op ons. Na het rustige noordwesten van het eiland is het hier een stuk drukker en erg toeristisch. De chauffeur dropt ons in een drukke straat omdat hij naar eigen zeggen de straat van ons hotel niet in kan rijden omdat het eenrichtingsverkeer is. Hij verzekerd ons dat het een klein stukje lopen is maar met de backpacks en de hitte is het toch een stuk verder dan dat hij zei. Gelukkig kunnen we het hotel bellen en die pikken ons alsnog op.

Het hotel is prima maar ligt een klein beetje achteraf. De straat is niet eenrichtingsverkeer maar is maar op 1 plek te bereiken en laten wij nou net precies aan het einde zitten. Hemelsbreed zitten we dus maar een paar honderd meter van het centrum maar met de auto is dat gelijk een paar kilometer. Nou is dat natuurlijk prima zonder zware bepakking.

We lunchen in ons hotel en rusten even wat uit maar veel tijd hebben we niet. Vanavond staat namelijk een van de gaafste dingen van onze reis op de planning: eten bij Room 4 Dessert. Dit dessertrestaurant is niet onopgemerkt gebleven door Netflixserie Chef's Table die er een hele aflevering aan gewijd heeft.

Als we bij Room 4 Dessert aankomen blijken we niet op de lijst te staan. We hebben pas voor over 3 dagen geboekt, oeps! Gelukkig is er nog een tafeltje vrij en kunnen we meteen terecht. Dat is een geluk want dit restaurant is maanden van tevoren volgeboekt. We gaan voor een proeverij van 9 desserts. Je kunt ook 9 bijpassende cocktails nemen maar dat vinden wij iets te gek. We gaan dus voor 2 cocktails en 9 desserts. En het is heerlijk! Eigenlijk zit er niets tussen wat niet lekker is. Als je van toetjes houdt en in Ubud bent kunnen we dit absoluut aanraden.

De volgende dag plannen we een relaxdagje in. Lekker een beetje rondlopen in Ubud en chillen aan het zwembad. Ubud is naast het spirituele centrum van Bali ook het artistieke centrum en dat is duidelijk! Er zitten allemaal galeries en leuke winkeltjes met zelfgemaakte souvenirs. We kijken onze ogen uit in een galerie met allemaal houtwerk en gave schilderijen maar helaas houden ze hier Europese prijzen aan. Dat valt ons sowieso op aan Ubud, het is hier stukken duurder dan we tot nu toe gewend zijn!

's Avonds eten we in een restaurant wat ons aangeraden was door twee Duitsers in ons hotel in Pejarakan. Het heet Fair Trade Warung Bale en de gehele opbrengst wordt besteed aan gezondheidszorg voor mensen die het niet kunnen betalen. Een goed doel en nog lekker eten ook!

Tijdens ons verblijf is ons opgevallen dat er sprake is van een soort taxikartel. Uber en Grab zijn verboden in Ubud dus je bent aangewezen op de lokale chauffeurs. Die hebben echter prijsafspraken gemaakt dus voor een taxi vragen ze standaard 100.000 roepia (6 euro), ongeacht de afstand. Gelukkig komen we een eerlijke chauffeur tegen die ons een normale prijs vraagt. We vragen meteen om zijn kaartje en spreken af dat hij ons de volgende dag Ubud laat zien.

Komang pikt ons de volgende ochtend op bij ons hotel en we vertrekken naar Tegalalang. Een immens rijstterras zoals je het kent uit de boeken, met allemaal plateaus zover als het oog strekt. Wat mooi! Ook al is het een toeristische trekpleister, het voelt nog heel authentiek aan. De toegangsprijs is een donatie en het is nog niet overladen met kraampjes met souvenirs.

  
We rijden door naar Tirta Empul, een van de bekendste tempels van Bali waar je een reinigingsritueel kunt doen. Hier is het een stuk drukker maar met name ook met Indonesische toeristen. Hier is, net als bij de Borobudur, een sarong verplicht. Maaike koopt er een als souvenir en Guy krijgt er een te leen. Eerst lopen we door het tempelcomplex. Het is er erg druk maar als je iets verder loopt is er opeens niemand meer. We gaan hier even zitten en kijken naar mensen die offers brengen aan de goden.
Daarna is het tijd voor de rituele reiniging. We leggen al onze spullen in een kluisje, inclusief camera en telefoons, want we gaan in diep heilig water waarbij je onder allemaal kleine fonteintjes je ziel reinigt. Het zijn er 13 naast elkaar en daarnaast ligt nog een bad met een aantal fonteinen. Mensen staan in de rij per fontein omdat je ze allemaal moet doen voor een goede reiniging. Helaas hebben we hier geen foto van kunnen maken maar het toeval wil dat Maaike 's avonds op Instagram een foto zag waar wij op de achtergrond aan het baden zijn!

In het tweede bad schijnen we het niet helemaal goed te doen. We zien een lange rij voor de meest linkerfontein maar van een Australische begrijpen we dat je hier van rechts naar links moet gaan en dan eindigt aan de linkerkant. We doen dit braaf om daarna tot de conclusie te komen dat dit helemaal niet nodig was, blijkbaar heeft dit iets met de doden te maken. Een Indonesische gids stelt ons gerust dat het niet erg is, eigenlijk hebben we gewoon de uitgebreide versie gedaan.

We kleden ons weer om en gaan op zoek naar Komang. Hij vraagt of we zin hebben om ergens koffie te gaan drinken, daar zeggen we geen nee tegen. We verwachten ergens naar een tentje langs de weg te gaan maar hij brengt ons naar een grote plantage waar ze niet alleen koffie verbouwen maar ook thee, cacao en allerlei fruitsoorten. En tot onze grote verrassing is het ook een Luwak farm.  Kopi Luwak (kopi is koffie) wordt gemaakt uit koffiebonen die door het darmkanaal van civet katten zijn gegaan. Deze beesten verteren de bonen niet en poepen ze in zijn geheel weer uit. Door dit proces schijnt de koffie een bijzondere smaak te hebben en is het de duurste koffiesoort ter wereld.


Hier links zie je de koffie Luwak
Helaas wordt er tegenwoordig vaak misbruik gebruikt van deze beestjes en worden ze in kooien gezet terwijl ze eigenlijk een groot territorium nodig hebben. Komang verzekerd ons dat deze civet farm de diertjes vrij rond laat lopen. Dat hopen we dan maar!

Eerst krijgen we een tasting van allerlei soorten koffie en thee en als we willen kunnen we tegen betaling ook een kopje Luwak koffie proberen. We willen het graag eens proberen en de prijs valt hier mee (3 euro per kopje). De koffie is lekker, erg zacht van smaak. Maar is het echt zo bijzonder? Daarvoor zijn we waarschijnlijk niet genoeg kenner. In ieder geval bijzonder om eens uit te proberen. Ook ligt er een civet te chillen die Maaike natuurlijk even aait.


Dan zit de dag rondom Ubud er weer op. We gaan ergens in het centrum eten waar we eindelijk een nasi Rendang eten. Daar zijn we al de hele reis naar op zoek! Inmiddels is onze mening over Ubud al wat bijgesteld. Ja, het is toeristisch maar je hebt er leuke restaurantjes en winkeltjes en de omgeving is prachtig.

Onze laatste dag in Ubud dopen we om tot een chilldagje. Voor onze verjaardagen hebben we van Jilles en Ian een massage cadeau gekregen bij hun favoriete massagesalon. We krijgen een heerlijke couples massage bij Jaens Spa waarna we de rest van de dag heerlijk relaxed zijn en eigenlijk, op wat zwemmen na, nauwelijks wat doen. Ook vanavond eten we weer heerlijk, dit maal rijsttafel bij Warung Nia. Dit is de lekkerste maaltijd tot nu toe!



Reacties

Populaire posts van deze blog

Keep the car running

Na Niagara on the Lake volgt er een lange reisdag naar Gananoque, waar we pas 's avonds arriveren. We verblijven hier in een oud Victoriaans landhuis, onze eerste Airbnb tijdens deze trip en dat bevalt meteen goed! De reden om Gananoque aan te doen is de ligging, het ligt namelijk middenin het 1000 Islands district . Dit district met zijn vele eilanden (meer dan 1000 zelfs!) is werkelijk prachtig. We rijden naar Ivy Lea om van daaruit een boottocht van een uur door het gebied te doen. De boottocht is echt adembenemend mooi. Het zonnetje schijnt waardoor het water een mooie blauwe kleur heeft en de eilandjes kun je pas echt goed zien als je er met een boot langs vaart. Hoogtepunt van de tocht is Boldt Castle ; een kasteel dat miljonair George Boldt liet bouwen voor zijn vrouw Louise. De tragiek van het verhaal is dat zij stierf nog voordat het kasteel af was en ze er dus nooit hebben gewoond. De bouw werd stop gezet en het kasteel raakte in verval. U

Oh Canada

Na maanden van plannen, dingen schrappen, weer opnieuw plannen, boeken, annuleren en herboeken was het zaterdag dan zover: onze grote reis kon beginnen! Na een goede vlucht met slechts een half uur vertraging en een relaxte majtie door de medicatie zetten we voet op Canadese bodem!   Het is toch altijd even wennen dat tijdsverschil. Je vertrekt om 12 uur 's middags om 8 uur later om 2 uur 's middags te landen. Onze interne klokjes waren dan ook flink van slag en het liefst zouden we meteen het bed induiken. Niet doen natuurlijk! Eerst dan maar Toronto verkennen. Het bleek al snel dat we in een leuke buurt zaten toen we met de taxi naar het hotel reden. Dus gelijk maar even rondgelopen om eerst wat te eten en daarna wat rond te kijken. Helaas hielden we dit niet al te lang vol en belandden we al om 19 uur op bed. Het gevolg was uiteraard dat we om 5 uur 's nachts klaarwakker waren. Gelukkig daarna weer in slaap gevallen en om 8 uur opgestaan.     Het voordeel va

Four stars out of five

Over onze laatste bestemming hebben we een tijd zitten twijfelen. We zouden eigenlijk naar Nusa Ceningan gaan, een klein bounty eilandje ten zuidoosten van Bali om echt nog het tropische gevoel mee te krijgen. Echter werd ook dit eilandje getroffen door de recente aardbevingen in Lombok en vertrouwen we er niet op om nu op een klein eiland te gaan zitten. Na veel wikken en wegen besluiten we pas in Ubud om als laatste bestemming Canggu te nemen. We horen hier goede verhalen over. We boeken 4 nachten omdat we ook geen zin meer hebben om steeds alles heen en weer te slepen. Onze chauffeur Komang, die ons eerder de omgeving van Ubud heeft laten zien, rijdt ons naar Canngu. Dit plaatsje gelegen aan zee ligt 1,5 uur ten zuiden van Ubud en ligt vlak bij de toeristische plaatsen Kuta en Denpasar. Zodra we er aan komen is het meteen duidelijk dat dit niet de ideale bestemming voor ons is. Het stadje bestaat uit 2 lange straten die naar zee lopen en langs deze straten zitten allemaal hippe re